April 13, 2025
Ineens was het daar, die eerste paniekaanval. Ik werd er compleet door overvallen. Want nee, dit overkomt mij niet en gaat vast vanzelf weg. Maar dat gebeurde niet. Paniek werd angst en zo leefde ik ineens alleen nog maar in die angst. In deze serie praat ik met moeders die kampen met een postnatale depressie (PND). Voor mij is het elke dag weer een uitdaging om mijn angststoornis te combineren met het moederschap. Daarom ben ik benieuwd naar de ervaringen van moeders in vergelijkbare situaties. Hoe gaan zij om met de uitdagingen die het moederschap en mentale gezondheid met zich meebrengen.
Ik ontmoet Ingeborg wanneer ze op weg is naar het moeder & kind centrum in het Erasmus MC. Ze is moeder van twee jongens en krijgt twee keer te maken met een hele zware postnatale depressie. Ze zegt: “Mijn baby voelde echt als een indringer, ik wilde hem helemaal niet”. In het moeder & kind centrum mocht ze ervaren dat er meer vrouwen zijn zoals zij, ze was dus niet gek. Daarom vertelt ze haar verhaal. “Zodat een ander ook mag ervaren dat ze niet de enige is”.
Ingeborg: “Ik ben opgegroeid in een gezin van drie, ik ben de middelste van drie meiden. Ik was een dromerig en gevoelig meisje dat graag buiten was. Ik hield van knutselen, lezen en was een echte poppenmoeder. Maar mijn kindertijd was, op zijn zachts gezegd, niet makkelijk. Vlak nadat mijn jongste zusje geboren werd, gingen mijn ouders uit elkaar en kreeg mijn moeder te kampen met een zware postnatale depressie. Na twee jaar van vallen en opstaan lukte het mijn moeder niet meer om voor ons te zorgen, dus vertrokken we naar mijn vader. We woonden daar samen met nog een gezin in één huis. Door fysieke en seksuele mishandeling, was het thuis alles behalve veilig was. Mijn vader is inmiddels ook niet meer in beeld.”
“Ik was elf jaar toen we weer terug verhuisde naar mijn moeder. Alles wat ik meegemaakt heb heeft littekens achtergelaten waardoor ik op mijn achttiende voor het eerst te maken kreeg met een depressie. Twee jaren lang heb ik hard gewerkt om er uit te komen. Ik kon mijn leven oppakken, ging werken in de thuiszorg, leerde mijn man Mathieu kennen en we verhuisden samen naar Vlissingen. We gingen vaak weekendjes weg of wandelden veel over de boulevard. Het ging heel goed met me.”
“Ik had een grote kinderwens maar vanwege PCOS was een zwangerschap via de natuurlijke weg vrijwel onmogelijk. Het duurde anderhalf jaar om middels een ziekenhuistraject zwanger te raken. Mijn zwangerschap verliep goed. Op misschien wat vocht in de voeten na, had ik nergens last van. De bevalling daarentegen vond ik intens. Het duurde drieëndertig uur en ik wilde thuis bevallen maar eindigde in het ziekenhuis. Na een infuus met wee opwekker en een totaal ruptuur kwam Seff ter wereld. Mijn eerste gedachte toen hij op mijn borst lag?: ‘Ik ga dit niet doen.’ ”
“De eerste paar dagen verliepen eigenlijk best redelijk. De kraamzorg nam een hoop over en mijn moeder was er vaak. Seff huilde veel (achteraf vanwege een koemelk allergie). We hebben hulp gezocht en ik hoorde dingen als ‘hij huilt omdat hij jouw spanning voelt.’ of ‘ach het is je eerste zeker? Baby’s huilen nu eenmaal’. Ik begon mezelf dit aan te rekenen en mijn gedachtes werden langzaam gitzwart en nog steeds hoorde ik: ‘dit is normaal, iedere moeder ervaart dit wel eens. Je bent gewoon moe’. Maar ik was niet gewoon moe en het werd alleen maar erger. Ik wilde hem niet en als hij niet weg ging, dan ging ik wel. Ik liep letterlijk van huis weg.”
“Hoe het vanaf toen precies verlopen is weet ik niet, maar de eerste stap was crisisdienst. ‘Ze heeft slaap nodig’ zeiden zij. Dus ik kreeg slaapmedicatie en Seff ging in de weekenden naar mijn moeder. Het werkte niet en het moment kwam dat ik dacht: ‘Ik kan niet meer, óf hij leeft óf ik’. Er volgde een aanmelding bij het moeder & kind centrum en na een wachttijd van twee weken, waarin Seff bij mijn moeder verbleef, kreeg ik eindelijk hulp. Hij is op 25 juli geboren en op 29 september werd ik, samen met Seff, opgenomen.”
“Het werd een opname op de afdeling Psychiatrie van het Erasmus MC in Rotterdam, speciaal ingericht voor vrouwen die na de geboorte te maken krijgen met psychiatrische problemen zoals depressies, psychose en angsten. Hier zat ik met vijf andere moeders en baby’s samen. We werden ondersteund in het moederschap, kregen ouder-kind therapie, meerdere persoonlijke therapieën en eens per week sprak ik met mijn behandeld psychiater.”
“Seff en ik sliepen apart van elkaar en ik kreeg een dagritme voorgeschreven. In het begin was ik korte momenten samen met hem en veel alleen. Langzaam bouwde we op en kreeg ik steeds meer vrijheden. Ik werkte veel met doelen die een ouder-kind therapeut geeft, een klein voorbeeld hiervan is: ‘Ik durf zonder spanning met mijn baby in de draagzak te lopen.’ Het is een traject van drie maanden maar vanwege covid stopte onze behandeling vroegtijdig. Seff raakte namelijk besmet in week 6 waardoor we moesten vertrekken. Toch heeft het ons heel goed geholpen en na ongeveer elf maanden kon ik oprecht zeggen dat het beter ging en begon ik het steeds leuker te vinden.”
“Seff was net een jaar toen ik me tijdens het maken van de fles ineens misselijk voelde. Vanwege PCOS besefte ik dat het eigenlijk niet kon, maar toch deed ik een zwangerschapstest. Daar stond ik dan ineens met een positieve test in mijn handen. Paniek was mijn eerste reactie. Ik dacht: ‘hier kan ik niet nog een keer doorheen’. Ik voelde me eindelijk weer een beetje mezelf, wat als het nu weer fout gaat? Mathieu wilde er graag voor gaan en iedereen om ons heen zei: ‘we gaan dit samen doen’. Het was zo lief en fijn maar toch vroeg ik me vaak af of dit genoeg was. Zij kunnen die gedachten en gevoelens niet van mij wegnemen en júist die maken het zo zwaar.”
“Na heel veel praten besloten we ervoor te gaan. De kans dat het weer zou gebeuren was groot maar het kon ook anders zijn. De zwangerschap verliep weer vrijwel vlekkeloos, we konden ons dit keer voorbereiden, troffen maatregelen en ik ging voor gesprekken naar de POP poli. Ook de bevalling verliep heel ander dan bij Seff. Ik liep ver overtijd maar toen hij eenmaal wilde komen, duurde het vier uur en mocht ik thuis in bad bevallen van Ravi. Het was precies zoals ik het wilde, toch voelde ik direct dat het weer mis was.”
“Ik sloot mezelf op de schuur om aan het moederschap te kunnen ontsnappen.”
“Ik wilde weg. Ik wilde hem niet. Hij voelde niet eigen. Ik sloot me bijvoorbeeld op in de schuur om maar even te kunnen ontsnappen aan alles. Ik dealde met gedachten als ‘Een auto-ongeluk waarbij alleen Ravi doodgaat, dan is het probleem opgelost en is alles weer zoals het was’. Ik realiseer me dit heel heftig is maar het is wel precies wat het was. Het brak me, ik had hulp nodig en zocht dit via 113. Dat is de zelfmoord preventie. Toen Mathieu dit ontdekte is de bal wederom gaan rollen.”
“Crisishulp stuurde weer iemand naar ons huis. Het was een vrouw, die op dat moment, alles gaf wat ik nodig had. Zij was er elke dag, regelde werkelijk alles en had alles heel snel voor elkaar. ‘ze heeft vast moeten dreigen’ grap ik wel eens. Mathieu stopte met werken, mijn moeder en zus hebben veel gedaan én er kwam een gastgezin in beeld. Ravi was twee weken toen hij hier voor het eerst naar toe mocht en ging er 2 nachten in de week heen. Uiteindelijk stapte ik samen met Ravi, zeven weken na de bevalling het moeder & kind centrum weer binnen.”
“Ditmaal hebben we het traject van drie maanden af kunnen maken. Ik kreeg heel langzaamaan meer verantwoordelijkheden en tijd met Ravi en tussendoor genoeg rust en therapie. Alles wat voor de meesten zo vanzelfsprekend is, was voor mij heel moeilijk. Kleine en simpele activiteiten zoals bijvoorbeeld een wandeling maken heb ik echt moeten leren. Zo begon ik met een rondje lopen samen met Mathieu, daarna alleen en pas daarna samen met Ravi. Alles wordt steeds een beetje opgebouwd. Zo ook de stap om weer naar huis te gaan. Dat begon met één nacht, toen een weekend en vervolgens kwam daar ook de woensdagnacht bij.”
“Ik merkte zoveel verschil na het afmaken van dit traject met Ravi ten opzichte van de opname samen met Seff, die zo abrupt stopte. Ravi is nu negen maanden en ik kan echt nog niet zeggen dat ik er ben. Ik kan wel zeggen dat het heel veel beter gaat en dat het gevoel voor mijn kinderen echt gegroeid is. Ik heb nog wekelijks therapie en we bouwen nog steeds langzaam op. We krijgen veel hulp en Ravi gaat nog één nacht in de week naar het gastgezin. Maar ik zorg ook één hele dag in de week voor mijn beide kinderen en dat gaat eigenlijk heel goed.”
“Wanneer ik nu terug denk dat aan die zwaarste periodes voelt het als een waas. Ik was er gewoon niet. Ik weet van sommigen dingen ook niet meer precies hoe het geregeld werd maar toch is er zoveel voor me gedaan. Ik ben iedereen daar ontzettend dankbaar voor, vooral mijn moeder en Mathieu die er altijd zijn. Ik vond de opname heftig maar ik ben zo blij dat het moeder & kind centrum bestaat en dat ik er zoveel heb mogen leren. Ik heb me zo alleen gevoeld tijdens de beginfase van mijn depressie maar door de opname leerde ik dat ik niet alleen ben. Er ontstonden vriendschappen die mij nog steeds heel dierbaar zijn.”
“Ik heb ondervonden dat het er een groot taboe rust op dit onderwerp. Mensen om mij heen vonden het moeilijk om het te begrijpen. ‘je hebt toch een auto, een huis en prachtige gezonde kinderen’ hoorde ik dan. Of wanneer ik om hulp vroeg omdat het mij niet lukte hoorde ik ‘wanneer komt die tijd dat je voor je eigen kinderen kan gaan zorgen?’ Dat maakte alles nog zoveel moeilijker. Ik heb me ondanks alle hulp, vaak heel eenzaam gevoeld. Ik hoop dat mijn verhaal ervoor mag zorgen dat iemand die hetzelfde meemaakt zich minder alleen voelt en weet dat het niets is om je voor te schamen. Je bent niet de postnatale depressie, maar dit overkomt je. Je bent niet gek en er zijn zoveel meer vrouwen die hier mee kampen. Praat er maar over en je zult het ontdekken. Ik kan inmiddels zeggen dat ik mijn kinderen voor geen goud meer wil missen. Ik maak dan wel kleine stapjes, maar ook met muizenstapjes kom ik uiteindelijk boven.”
“Ik maak dan wel kleine stapjes, maar ook met muizenstapjes kom ik uiteindelijk boven.”
Het verhaal van Ingeborg is de derde en laatste uit de serie “Door de ogen van PND” Ik wil haar onwijs bedanken voor haar openheid. Haar verhaal raakt me en tegelijkertijd vind ik het inspirerend. Zij laat zien hoe zwaar en oneerlijk het leven soms kan zijn maar ze laat ook zien hoe ze door gaat en hoe ze er steeds een beetje sterker door wordt.
Ik ben trots op de drie vrouwen uit deze serie. Zij vertelden mij allemaal een ander verhaal maar één onderwerp speelde in elk verhaal een sterkte rol. Ze hebben zich alle drie ontzettend eenzaam en onbegrepen gevoeld. Ik speel zelf wel eens met de gedachte dat er wellicht teveel verwacht wordt van vrouwen. Met in het bijzonder, de beginnende moeder. Uiterlijk twaalf weken na je bevalling word je al weer verwacht op kantoor. Ja, je moet wel werken want je hoort toch financieel afhankelijk te zijn. Niet te veel werken hoor want meer dan twee dagen opvang is zielig. Niks is zo goed als borstvoeding, maar liever niet in het openbaar. Samen slapen met je baby is goed voor de hechting maar vanaf drie maanden moeten ze wel op zichzelf in slaap kunnen vallen hoor. Ik hoorde ze allemaal en ik kan nog zoveel meer voorbeelden geven waarin wij vrouwen elkaar kunnen ‘veroordelen’. En doordat we allemaal zo druk zijn met al deze verwachtingen lijkt er nog maar weinig tijd om er voor elkaar te zijn, om naar elkaar te luisteren en elkaar te helpen. “It takes a village to raise a child” maar het hele dorp is aan het werk..
Ik wil je bedanken voor het lezen van mijn blog. Ik heb het belang van het vertellen van deze verhalen echt onderschat en het voelt als een eer dat ik dit mocht doen voor deze vrouwen. Zij vertelde allemaal het verhaal zoals zij dit beleefd hebben en ik heb daar meer dan bewondering voor. Ik wil je als laatste meegeven dat, wanneer je zelf kampt met lichamelijke of psychische klachten na jouw bevalling, je het beste naar je eigen gevoel kan luisteren. Niks is gek en jouw huisarts, verloskundige of het consultatiebureau zijn er om je te helpen. Geef je deze dappere vrouwen even wat liefde in de vorm van een reactie op de blog?
Het zijn niet zomaar foto's. Het zijn herinneringen
Guts & Giggles
Volg je me al op social Media?
LAat je een reactie achter?